‘Ik voelde mij geen mens’

Foto: ZO!34/Kimberley Blaak

Ahmad Manah (60) vluchtte eind november 2014 vanuit Idlib, een staat in Syrië, naar Nederland. Hij vluchtte, omdat het in Syrië te onveilig voor hem was. De vlucht was niet gemakkelijk voor hem. Inmiddels woont Ahmad al bijna 7 jaar in Emmen.

"Ik kan je hier geen thee of iets aanbieden", zei Ahmad meteen toen ik binnenkwam. "Dat maakt niet uit", zei ik. Hij pakte mijn jas aan en hing die op aan de kapstok op het kantoor van VluchtelingenWerk Emmen. "Mijn broer woont nog in Syrië met zijn gezin, maar hij ligt op dit moment met corona in het ziekenhuis. Het gaat niet zo goed met hem, hij ligt aan de beademing. Ik wacht af op een bericht van mijn andere broer. Ze denken dat het nog goed komt", vertelt Ahmad bedroefd.

"Ik kom uit een groot gezin en dat is de enige broer die nog in Syrië woont. Al mijn andere broers en zussen wonen verspreid over de wereld. Mijn broer uit Syrië is de enige die voor onze ouders kan zorgen. Mijn vader is inmiddels 87 jaar en mijn moeder is bijna 80 jaar. Nu is mijn broer ernstig ziek en kan hij niet voor onze ouders zorgen".

Veilig in Nederland

"Ik vind het zo fijn om nu in Emmen te wonen", zegt Ahmad enthousiast. "In Nederland voel ik mij veilig en dat is belangrijk voor een mens. Ik kwam hierheen zonder paspoort en daardoor heb ik mij heel lang geen mens gevoeld. Vorig jaar heb ik eindelijk een Nederlands paspoort gekregen, daardoor voelde ik mij eindelijk weer mens".

"Het liefst vergeet ik alles over Syrië"

Voordat de oorlog begon in Syrië, had Ahmad een normaal leven. "Ik ging elke dag naar het werk. Als ik thuis kwam, had mijn moeder lekker eten gekookt. En in de avond gingen we vaak een potje schaken of kaarten", vertelt hij vrolijk. Tijdens de oorlog veranderde het leven van Ahmad compleet. "Toen was het elke dag afwachten hoe de dag eruit kwam te zien. Elke dag waren er bombardementen. Ik ben ook een broer verloren door de oorlog. Op een dag werd ik zelfs opgepakt door soldaten", vertelt hij.

Waarom werd u opgepakt?

"Voor de oorlog begon, kon ik open praten over mijn geloof. De overheid heeft een ander geloof dan ik. Daar zijn zij het nu niet meer mee eens. Daarom werd ik opgepakt en 2,5 maand in de gevangenis opgesloten", vertelt Ahmad. "Assad, de president van Syrië, vecht tegen de burgers en daarom ben ik ook aan die kant van de maatschappij niet veilig. Ik heb beide partijen tegen mij. Daardoor is het een grote kans dat ik dood word geschoten", vertelt hij zacht.

Gevlucht

Ahmad vluchtte op een nacht te voet naar Turkije. "Voor Syrische mensen is het moeilijk om te vluchten naar Turkije. Op de grens staan Turkse militairen ons op te wachten. Ze weten precies wanneer en hoe laat de meeste vluchtelingen proberen te vluchten. Als vluchteling moet je weten waar de soldaten niet staan. Het is mij gelukt om in Turkije te komen. Ik heb daar tien dagen gezeten en ben toen met een kleine boot en 22 anderen naar Samos gebracht".

Veel mensen overleven die reis niet, doordat de boot overvol is en de zee ruig. "Dat was het allermoeilijkste stuk van mijn vluchtroute. Gelukkig heb ik en de anderen op die boot de reis overleefd. Ik heb daar twee dagen gezeten en ben toen met een grote boot naar Aegina gebracht. Vanuit daar ben ik op het vliegtuig naar Nederland gestapt", vertelt hij.

Werd u goed opgevangen in Nederland?

"Ik ben hier absoluut goed opgevangen. Ik heb eerst in vier AZC’s gezeten. Toen ik aankwam in Nederland, ben ik naar het AZC in Ter Apel gebracht. Daarna met een transfer naar Wassenaar en vanuit daar naar Budel. Uiteindelijk kwam ik in het AZC van Drachten terecht en wachtte ik op mijn eigen plekje. Ik heb ongeveer 2,5 maand in Drachten gezeten en toen kreeg ik een eigen plek aangeboden in een flatgebouw in Emmen. Ik heb daar meteen ‘ja’ op gezegd en nu voel ik mij hier net zo thuis als in Idlib", vertelt Ahmad tevreden.

Ahmad had zijn eigen plek en begon begin 2016 met zijn inburgeringscursus. Alle vluchtelingen moeten die cursus doen om in Nederland te mogen blijven. "Het is geen makkelijke cursus, maar ik haalde hem al snel. Mijn docent zei dat ik de snelste cursist in Emmen was", vertelt Ahmad trots.

Nachtmerries

Door de vele bombardementen in Syrië die Ahmad gehoord heeft, kreeg hij in Nederland nachtmerries. "Toen ik eindelijk mijn eigen plekje had, begonnen de enge dromen. Een vriend van mij was op bezoek. Hij sliep in de woonkamer en ik in mijn slaapkamer", vertelt Ahmad. "Hij kwam de volgende ochtend naar mij toe en vroeg: wat gebeurde er vannacht? Ik wist van niks. Hij vertelde dat ik verstikkende geluiden maakte in mijn slaap".

"Ik heb een bericht gekregen van mijn broer", zegt Ahmad. Hij luistert de spraakopname af. "Het gaat nog steeds niet goed met mijn broer uit Syrië. Over ongeveer twee dagen krijgen we meer nieuws", vertelt Ahmad gespannen.

Zou u ooit terug willen naar Syrië?

"Ik denk elke dag nog aan Syrië. Vooral aan mijn broer met zijn gezin en mijn ouders. Maar op dit moment zou ik niet terug willen. Ik ben nu een Nederlander en ik vind het fijn om hier te wonen. In Syrië heerst een dictatuur. Daar voel ik mij niet goed bij en daardoor heb ik mij nooit helemaal mens gevoeld in Syrië. In Nederland wel. Misschien dat ik terug zou willen als de oorlog voorbij is, maar ik weet niet wanneer en of dat gebeurd", vertelt Ahmad teleurgesteld.