Minister: kinderhartchirurgie blijft in Groningen en Rotterdam

Foto: RTV Noord

De kogel is door de kerk: het UMCG behoudt zijn kinderhartcentrum. Dat laat minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid maandag weten in een brief aan de Tweede Kamer.

Daarmee komt een einde aan een periode van ruim een jaar, waarin het UMCG heeft gevochten voor het voortbestaan van zijn centrum voor aangeboren hartafwijkingen. Het andere ziekenhuis dat ook zijn kinderhartcentrum behoudt, is het Erasmus MC in Rotterdam. Eén voorbehoud: het gaat om een voorgenomen besluit. De Tweede Kamer heeft het laatste woord.

Eduard Verhagen, het hoofd van de afdeling Kindergeneeskunde van het UMCG, reageert bij RTV Noord over de telefoon. "Ik ben opgelucht, blij en trots. Dit is heel goed nieuws. Maar ik denk ook aan de centra die afvallen (Leiden en Utrecht, red.). Voor hen is het een bittere pil. Als UMCG staan we open voor samenwerking. We moeten nu verder, want er moet nog een hele hoop gebeuren. Maar we gaan eerst wel een glaasje op de goede afloop drinken."

Nu nog vier umc's

De kinderhartchirurgie is tot nu toebedeeld aan vier academische ziekenhuizen. Naast het UMCG zijn dat het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam, het Leids UMC en het UMC Utrecht. Omdat de kwaliteit van deze complexe zorg onder druk staat (zie kader onderaan), wil Kuipers (D66) het aantal centra voor aangeboren hartafwijkingen terugbrengen van vier naar twee.

Aanvankelijk spreekt Kuipers begin 2022 zijn voorkeur uit voor Rotterdam en Utrecht, in navolging van zijn voorganger Hugo de Jonge (CDA). Daarbij zouden Groningen en Leiden dus buiten de boot vallen.

Dit voorgenomen besluit leidt tot een storm van protest in het UMCG-kamp. Niet alleen patiënten en hun familie, ook bestuurders en maatschappelijke organisaties in het Noorden steken hun ongenoegen niet onder stoelen of banken. Een petitie voor het behoud van de kinderhartchirurgie in het UMCG levert meer dan een kwart miljoen steunbetuigingen op.

Impactanalyse

Ook de Tweede Kamer legt zich niet zomaar neer bij het aanvankelijke besluit van Kuipers. De minister ziet zich gedwongen de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) te vragen de gevolgen van de concentratie voor alle betrokken umc's in kaart te brengen. Het rapport van de NZA is eind december gereed.

Eén van de conclusies in deze zogeheten 'impactanalyse' luidt dat sluiting van het kinderhartcentrum van het UMCG tot onevenredig grote nadelen leidt voor de academisch medische zorg in Noord- en Oost-Nederland. Het UMCG ziet zijn gelijk in het NZa-rapport bevestigd.

Daarnaast adviseert de NZa de minister niet overhaast te werk te gaan en eerst een breder plan op te stellen voor de concentratie van (hoog-)complexe zorgspecialismen met een laag volume. Oftewel: ingewikkelde, kostbare medische behandelingen voor een relatief laag aantal patiënten. Zoals operaties bij patiënten met een aangeboren hartafwijking.

Minister negeerde NZa-advies

De zaak krijgt begin dit jaar een nieuwe wending. Kuipers laat weten het NZa-advies te negeren. Na dertig jaar oeverloze discussies over de concentratie van de kinderhartchirurgie wil hij nu doorpakken. Kuipers geeft daarom de betrokken academische ziekenhuizen tot 15 februari de tijd om aan te geven of ze kans zien er onderling uit te komen. Nu dat niet het geval is, ligt de bal dus weer bij het kabinet.

In zijn brief van 16 januari dit jaar aan de Tweede Kamer valt tussen de regels door te lezen dat de voorkeur van Kuipers nog steeds uit gaat naar Rotterdam en Utrecht. Het is afwachten of hij de meerderheid van de Kamer achter zich krijgt.

Dertig jaar discussie

De discussie over de toekomst van de kinderhartchirurgie in ons land wordt sinds de jaren negentig gevoerd. De kwestie kwam in 2021 in een stroomversnelling toen de Inspectie gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) alarm sloeg. Volgens de IGJ is het de hoogste tijd om in te grijpen nadat achtereenvolgende kabinetten het dossier op de lange baan schoven.

De ziekenhuizen hebben nu tot 27 februari de tijd om te reageren op het voorstel van Kuipers. De minister verwacht dat de overgangsperiode 2,5 jaar zal duren.


Dit is een artikel van RTV Drenthe.