Een gemeentelijke manager, een beheerstichting of investeren in nieuw- en verbouw? Wat is nodig bij het uitzetten van een nieuwe koers voor het Rensenpark in Emmen? Het is een vraag die duidelijk tot uiteenlopende antwoorden leidt. Maar dat het anders moet, staat vast.
De in 2017 door de gemeente eerder uitgezette koers, komt namelijk maar niet van de grond. Er wordt daarom een heel jaar uitgetrokken om tot een nieuw plan te komen. RTV Drenthe neemt met enkele partijen alvast een voorschotje.
Even een korte terugblik: de gemeente Emmen kwam in 2017 met een aantal ambities op de proppen. Het Rensenpark moest een culturele broedplaats worden met plek voor hoogwaardige architectuur. Het concept moest investeerders aantrekken die geld zouden pompen in het verdere optuigen van het park.
De ambities waren te hoog en het roer moet daarom om. In de gemeenteraad was het de VVD die daar het hardst op hamerde. Een motie voor een 'herevaluatie' werd dan ook aangenomen in de raad. En terecht, aldus raadslid Marcel Meijer. "De ambities zijn duidelijk te hoog gegrepen geweest. Bovendien is er door de jaren al twintig miljoen euro in het park geïnvesteerd, maar dat zie je niet echt terug in hoe het er nu bij ligt."
Vooruit, er wordt rond de zeven miljoen euro gestoken in de verbouwing van het oude Biochron tot nieuw onderkomen voor het Centrum Beeldende Kunst (CBK). "Zorg er dan ook voor dat de rest er ook netjes bij ligt. Anders is die CBK-locatie straks een vlag op een modderschuit."
De VVD opperde in het verleden om de aanwezige panden in en langs de rand van het park te verkopen of verhuren. Er wonen is wat de liberalen betreft ook een optie. "Langs de rand bevinden zich vier woningen die bij het park horen. Die kun je in de etalage zetten. Nee, ik zeg niet dat je bijvoorbeeld het oude Afrikahuis moet platgooien en daar een complex neerzet."
Mocht wonen door een meerderheid als een geschikte mogelijk worden gezien, dan moet het in ieder geval in de sfeer van het park passen, meent Meijer. "Het zorgt in ieder geval voor een potje met geld dat je in het onderhoud van het park kunt stoppen."
Een stap in de goede richting zou het aanstellen van een manager bij de gemeente zijn, die de volledige controle over het park krijgt toebedeeld. "Evenementen, veiligheid, vastgoedbeheer: er moet gewoon een aanspreekpunt komen voor al deze zaken. Nu zijn er te veel mensen vanuit de gemeente bij betrokken."
Het oprichten van een aparte stichting ziet Meijer minder zitten. De gemeente moet hier de leiding nemen, zegt hij. "Want die is ook grondeigenaar. Nog een partij erbij in de vorm van een stichting? Dat werkt alleen maar extra verwarrend."
De stichting Jaap en Aleid Rensen (JAR) houdt zich onder meer bezig met het versterken van het culturele karakter van het park. Voorzitter Wimjoost Licht ziet nog steeds kansen voor wat betreft de economische kansen voor het park. "Investeerders in het park liggen niet voor het oprapen. Maar dat is ook afhankelijk van de aantrekkelijkheid van het park zelf. Eerste stap voor ons zou zijn om het groen van het park zoveel mogelijk op orde te brengen. Je vergroot daarmee naar ons idee de slagkracht." Daarnaast bevinden zich al vele ondernemingen in het park. "Zijn zij ook niet in staat om die commerciële basis te vergroten?"
Een goede stap in de richting zou in dat geval het aanpassen van de huurcontracten zijn. "Die lopen nu telkens voor de duur van een jaar en worden dan verlengd. Eigenlijk zou dat langjarig moeten zijn. Of ze moeten de panden in eigendom kunnen krijgen." Mogelijk zijn deze of toekomstige huurders dan geneigd om grotere investeringen te doen. "Je moet hier een keuze in maken."
De kortlopende contracten veroorzaken nu onzekerheid, aldus Licht. "Komt bij dat de gebouwen wat betreft energieverbruik niet ideaal zijn. Stel, de panden moeten worden afgebroken. Dan zijn deze ondernemingen ook weg. Natuurlijk kan je nieuwbouw plegen. Maar dan praat je ook meteen weer over andere huurprijzen." De gemeente moet hier meer zekerheid bieden, meent hij.
Extra financiële middelen voor onderhoud zijn te verkrijgen door het oprichten van een aparte beheerstichting, vervolgt Licht. "Deze is in staat om fondsen aan te schrijven. Een gemeente mag dat niet doen."
Wat absoluut een no-go is, is grootschalige woningbouw. "Laat je dat toe, dan ontstaat er hier een hele andere sfeer. De huidige omvang is twaalf hectare. Een mooie omvang voor een park met allure. Ga daar niet aan lopen knabbelen."
Dagbesteding Toolbox is een van de oudste huurders van het park. Sinds december 2016 betrekken zij de voormalige Americasa en onderhoudsgebouwen langs de rand van het park. Volgens Adriaan Pals is dat een plek die uiterst zichtbaar is en leidt tot veel aandacht van buitenaf. "De pers weet ons dan ook altijd te vinden", glimlacht hij. "We willen hier dan ook graag zo lang mogelijk blijven."
In principe hoeft de oude visie wat hem betreft ook niet echt te worden aangepast. "Ik denk dat je het wat meer tijd moet geven. Vijf jaar geleden was het hele park nog leeg. Inmiddels hebben diverse initiatieven op het gebied van innovatie en cultuur ruimte gekregen."
De wijze waarop de gemeente investeert in het voormalige Biochron noemt hij een actie die meer navolging verdient. "Ik denk dat je meer uit dit park kunt halen als je daar op inzet." Van iets ouds weer iets nieuws maken: een fraai staaltje hergebruik, vindt Pals.
Een aparte stichting, zoals aangedragen door Licht, ziet Pals ook wel zitten. "Het park heeft an sich geen stem. Een stichting die het belang van het gehele park voor ogen heeft, heeft zeker toegevoegde waarde." Het zou de samenwerking tussen alle aanwezige huurders kunnen versterken, denkt hij.
Volgens Pals investeert Toolbox zelf in het onderhoud en verbouwingen van het pand. "Maar ik kan mij voorstellen dat je grote investeringen uitstelt als je niet zeker weet of je volgend jaar kan blijven of niet." Toolbox houdt daarom altijd rekening met de tijdelijke aard van hun huidige huisvesting. "We zouden hier graag nog tien tot vijftien jaar willen zitten. Maar als we weg moeten, dan gaan we gewoon ergens anders naar toe."