Het aantal mensen dat aanklopt bij de voedselbank is flink gestegen de afgelopen maanden. Bij de voedselbank Zuidoost-Drenthe hebben ze acht procent meer klanten dan in januari van dit jaar. De verschillen per gemeente zijn groot: In Emmen is er een stijging van zeseneenhalf procent. In Coevorden drieëntwintig.

“Waarom die verschillen per gemeente zo groot zijn weet ik niet”, zegt voorzitter Ton Sleeking. “Dat we meer klanten hebben is niet zo’n verrassing denk ik.” De stijging heeft volgens de voorzitter met een aantal zaken te maken. “Door hogere energieprijzen en stijgende prijzen in de supermarkt houden mensen steeds minder geld over.”

Financieel klem

Volgens het Nibud heeft één op de drie huishoudens op het moment moeite om financieel rond te komen. Het Nibud is het Nationaal instituut voor budgetvoorlichting en doet onderzoek naar de financiële situatie van Nederlanders. Daardoor zien voedselbanken het aantal klanten stijgen.

De verschillen in het type klant verschilt ook per gemeente. “Het zijn niet alleen alleenstaanden, ook steeds meer gezinnen kloppen bij ons aan”, zegt Sleeking. Zo is er in Emmen een stijging van zeseneenhalf procent qua klanten en negeneneenhalf meer monden. “Dat betekent dat er grotere huishoudens aankloppen.” In Coevorden is dat andersom: drieëntwintig procent meer huishoudens en tien procent meer monden. “Daar zijn er kleinere huishoudens die het lastiger hebben.”

Zomerdip

Ook de gebruikelijke zomerdip is er niet. “Normaalgesproken is de zomer een rustigere periode”, zegt Sleeking. Dit jaar is dat niet het geval. “De stijging die we sinds januari zien zet nu door.”

Ondanks de stijging maakt de voorzitter zich nu nog geen grote zorgen over de drukte bij de voedselbank. “Op dit moment kunnen we het nog aan”, zegt hij. “Ook door de hoeveelheid vrijwilligers die we hebben.” Het verdelen van de pakketten, het bezetten van de uitgiftepunten, overal zijn nog voldoende mensen voor. “Dat maakt het vanuit de organisatie makkelijker.”

Donaties

Toch zijn ze er niet helemaal gerust op. Dat heeft te maken met de levering van producten. “De supermarkten leveren niet meer producten”, zegt Sleeking. Die dat ook begrijpt. “Ze leveren wat ze kunnen en hebben niet ineens veel meer over.”

Door de stijging van het aantal gezinnen wordt het in de toekomst misschien lastiger om goede pakketten samen te stellen. De donaties die de voedselbank krijgt maakt het wel makkelijker. “Sinds dit jaar kunnen mensen kleine producten doneren in de vorm van geld”, legt de voorzitter uit. Je klikt op de website bijvoorbeeld op ‘brood doneren’ en maakt dan dat bedrag over naar de voedselbank.

Laagdrempelig

“Het is een laagdrempelige manier om te doneren, maar het zorgt dat wij producten die schaars zijn kunnen kopen”, zegt Sleeking. Landelijk speelt de vraag of voedselbanken de grens om aan te kloppen moeten bijstellen. “We zien een stijging van het aantal aanvragen, maar een groot gedeelte van die mensen zitten nog boven de grens.”

Het verlagen van die grens lost de problemen voor de voedselbank niet op, sterker nog: ze krijgen het lastiger. “We krijgen nu nog net genoeg voedsel om pakketten samen te stellen. Als de drempel naar beneden gaat komen wij waarschijnlijk voedsel tekort.”