Op de locatie van NHL Stenden in Emmen studeren zeven mensen uit Oekraïne en vier uit Rusland en Wit-Rusland. Hoewel die landen aan de andere kant van Europa tegenover elkaar staan, is dat in Emmen niet zo. "Wij maken geen onderscheid", zegt locatiemanager Annette Verhoef. "Ons hart gaat uit naar ieder van hen."
De 18-jarige Oleksandr Sikora uit Oekraïne is IT-student en is in 2020 voor zijn studie naar Emmen gekomen. Zijn 17-jarige landgenoot Mariia Ryndya studeert Logistics Management en is sinds augustus vorig jaar naar Emmen verhuisd.
Vooral Ryndya maakt zich grote zorgen over haar familie. "Ze wonen in het zuiden van Oekraïne. Daar is het nu ontzettend gevaarlijk. Ze proberen daar weg te komen, maar dat is tot op heden nog niet gelukt."
Ze houdt haar telefoon constant bij zich om bereikbaar te zijn. "Ik wilde graag naar mijn familie toe, maar mijn vader raadde dat af. Ik ben veiliger in Nederland en bovendien willen mijn ouders dat ik mij bezig houd met mijn studie. Makkelijk is dat niet."
De familie van Sikora woont in het westen van Oekraïne. Daar is het nog relatief rustig, toch heeft zijn vader zich sinds vandaag aangemeld bij het leger. "Hij is halverwege de vijftig, dus al wat ouder. Ik wil graag geloven dat het goed komt met hem. Maar ik snap niet dat hij het gevaar opzoekt. Ondanks mijn zorgen ben ik op dit moment nog redelijk kalm onder de situatie."
Hoewel ze elkaars taal redelijk verstaan en spreken, hebben zowel Sikora als Ryndya geen contact met de Russische en Wit-Russische medestudenten. Het ligt gevoelig. "Mijn eerste vraag zou toch zijn of ze de oorlog steunen. En als ze dat doen, ondanks de vreselijke televisiebeelden die ze gezien moeten hebben, dan kan óók ik ze niet overtuigen", zegt Sikora.
Ryndya zoekt het conflict ook niet op. "Het is gewoon heel erg ingewikkeld. Ook als ze Oekraïne steunen, dan nog zal ik geen beste vrienden met ze worden. Maar ook geen vijand."
Russische studenten blijven op de vlakte. Locatiemanager Verhoef begrijpt dat. "De studenten hebben ook niet voor deze situatie gekozen. Ze willen daar geen onderdeel van zijn. Het is moeilijk voor ze om zich hierover uit te spreken."
Zowel Ryndya als Sikora kwamen in Emmen studeren, omdat ze een bepaalde toekomstdroom hadden: een goede baan in Nederland. Ryndya wil dat nog steeds: "Ik denk dat het straks noodzakelijk is om hier een baan te zoeken. In Oekraïne zal straks een hoge werkeloosheid zijn. Het ziet er naar uit dat ik mijn familie financieel moet ondersteunen. Daarnaast wil ik mijn land helpen opbouwen. Het moet weer worden zoals het ooit was."
Sikora heeft zijn idee over een toekomstige carrière in Nederland omgegooid. Terwijl hij eerder geen hoge dunk had van zijn vaderland, is hij door het standvastig optreden in de oorlog inmiddels trots om Oekraïner te zijn. "Ik wil iets terug doen voor mijn land."
Aanstaande zaterdag is er een solidariteitsbijeenkomst in het centrum van Emmen waar beide studenten aanwezig zullen zijn.
Door: Marjolein Lauret