Moe, kortademig, benauwd, hoofdpijn, concentratieproblemen en geheugenproblemen. Het zijn enkele klachten waar Claudia Ester (49) uit Emmen nog dagelijks last van heeft. In april 2020 werkte Ester als voedingsassistente op de coronaverpleegafdeling van het Isala-ziekenhuis in Zwolle toen zij corona kreeg. Inmiddels zit ze al bijna twee jaar in de ziektewet en bestaat de kans dat ze haar baan kwijtraakt.
En Claudia is niet de enige. Minimaal 500 zorgmedewerkers dreigen binnenkort hun baan te verliezen omdat ze inmiddels twee jaar ziek thuiszitten met long covid. Dat meldt vakbond FNV.
Voordat Ester ziek werd, was ze altijd veel onderweg. "Ik was een druk baasje. Ik werkte drie à vier dagen in de week. Mijn jongste zoon doet aan honkbal, dus ik ging vaak mee naar trainingen en in het weekend bij de wedstrijden kijken in heel Noord-Nederland. Daarnaast vond ik het ook leuk om in de kantine mee te helpen." Maar het lukt Ester allemaal niet meer.
Na een positieve coronatest in april 2020 bleef Ester bijna zes weken ziek thuis. Toen ze klachtenvrij was en weer aan het werk wilde, begon ze eerst met halve dagen. "Ik heb anderhalve week lang halve dagen gewerkt, maar dat ging beroerd. Ik was zo benauwd en ik had zo'n hoofdpijn en buikpijn. Ik kon het niet meer volhouden." En dus ging Ester terug de ziektewet in.
IC- verpleegkundige Herma Hoeksema (42) heeft een vergelijkbaar verhaal. Hoeksema liep in oktober 2020 corona op, naar alle waarschijnlijkheid op haar werk in het Scheperziekenhuis in Emmen. "Ik ben niet ernstig ziek geweest, maar had wel direct last van benauwdheid, pijn op de borst en extreme vermoeidheid." Na twee weken probeerde Hoeksema weer aan de slag te gaan. "Maar dat ging totaal niet. Ik was ook vergeetachtig en dat is niet vertrouwd bij een IC-medewerker, had concentratiestoornissen, was snel overprikkeld en had veel hoofdpijn."
Hoeksema ging in november 2020 aan het werk. Ze begon met drie uur niet-zorggerelateerde werkzaamheden en dat werd uitgebreid naar zes uur patiëntenzorg in januari 2021. Vanaf januari stokte het herstel. "Ik kon geen balans vinden in de zorg voor mijn kinderen thuis en m'n werk. Als ik huishoudelijke werkzaamheden deed, kon ik daarna niet aan het werk. Wanneer ik een halve dag had gewerkt, kon ik thuis niks meer."
Inmiddels zitten Ester en Hoeksema in het tweede jaar van de ziektewet en dat betekent dat ze 30 procent van hun inkomen zijn verloren. "Samen met de toegenomen zorgkosten en de kosten voor hulp in de huishouding betekent het dat je er elke maand een paar honderd euro bij inschiet. Dit levert gelukkig nog geen financiële problemen op, maar het is wel zuur dat dit veroorzaakt is door iets wat je tijdens je werk hebt opgelopen", zegt Hoeksema.
Na twee jaar stopt de ziektewet en kan de werknemer een arbeidsongeschiktheidsuitkering (WIA) krijgen. Hoe ziet mijn toekomst eruit? Word ik afgekeurd? Het zijn vragen die dagelijks door het hoofd van Ester spoken. "Ik heb ontzettend veel geluk dat ik een goede werkgever heb. Ze zeggen dat ze mij niet kwijt willen en we gaan samen kijken naar passend werk, een andere functie, zodat ze mij kunnen behouden. Maar het is voor mij onzeker of dat lukt en of ik het kan."
FNV pleit voor een compensatieregeling bij de Nederlandse regering waarin zorgwerknemers die door corona arbeidsongeschikt zijn geraakt een tegemoetkoming krijgen. Ester hoopt ook dat die compensatieregeling er komt. "Wij redden het als gezin, maar ik hoop vooral dat de schrijnende gevallen die het niet redden, gecompenseerd worden."
De vraag hoe Ester haar toekomst ziet, vindt ze moeilijk te beantwoorden. "Heel veel dingen die ik had gepland, heb ik al moeten doorstrepen. Niemand kan in de toekomst kijken. Blijf ik nog weken, maanden of jaren ziek? Ik doe mijn best om lichamelijk sterker te worden, mijn conditie weer terug te krijgen, dat ik het plezier in mijn werk weer terugkrijg en dat ik met mijn gezin weer leuke dingen kan doen. Dat is nu mijn doel."
Dat geldt ook voor Hoeksema. Haar streven is nog steeds om weer volledig hersteld als IC-verpleegkundige aan de slag te gaan. "Maar ik heb inmiddels ook te vaak ervaren dat wat ik in mijn hoofd heb bedacht, niet altijd haalbaar is voor mijn lijf. Het allerlastigste is dat je dit niet van tevoren aan ziet komen. De belastbaarheidsgrenzen die je vandaag hanteert voor jezelf, liggen morgen zomaar ergens anders. Ga je vandaag je grens over, dan heb je daar de komende dagen 'plezier' van. Accepteren, proberen en afwachten lijkt op dit moment het beste."