Wel de klok horen luiden, maar niet weten waar de klepel hangt: dat is een ding. Maar hoe zit het als de wijzers foetsie zijn? Vele Emmenaren keken maandag verbaasd op naar de Grote Kerk in Emmen. Bij het horen van de klok, kijken velen in een reflex op naar de wijzerplaten, die er momenteel kaaltjes bijstaan. Heeft hier een brutale dief toegeslagen?

23 karaats

Nee, aldus monumentenadviseur Barry Gepken uit Erica. “De wijzers worden opnieuw verguld.” Erg florissant stonden ze er namelijk niet meer bij, vervolgt hij. De verwijderde onderdelen liggen inmiddels op de grond.

Gepken pakt er een op en wijst op het verweerde, fletse uiterlijk. Zon, regen en wind hebben de vorige laag deels doen afbladderen. Een laagje met 23 karaats bladgoud, maakt dat de wijzers straks weer letterlijk en figuurlijk stralen, aldus Gepken. Over twee weken is het uurwerk weer compleet.

(Barry Gepken, hier op rechts, en schilder Cor Bakker bij de wijzerplaat van de kerk)

Onderhoudsbeurt

Het werkje maakt onderdeel uit van een reguliere onderhoudsbeurt, die verder bestaat uit schilderwerk en houtherstel. Omdat niet alle subsidie aan deze basale taken opgaat, is er ruimte voor iets extra’s. Daarom worden de wijzers dit jaar aangepakt.

De Grote Kerk wordt naast diensten gebruikt als cultuurhuis met onder meer exposities, concerten en andere culturele activiteiten. Het oudste deel is de toren, die volgens Gepken uit de 12e eeuw stamt (het aangrenzende kerkgebouw werd in de 19e eeuw aangebouwd).

Scheuren

Gezien de hoge leeftijd van het godshuis, blijft onderhoud om de zes tot zeven jaar een must, aldus Gepken. Een punt van zorg blijven de scheuren die in zowel de kerk als de toren de kop opsteken. “Velen zijn met verf en saus weggewerkt, maar ze zitten er natuurlijk nog steeds.”

Voor een grondige aanpak is meer geld nodig. Gepken is er van overtuigd dat aardbevingen, ontstaan door de Groninger gaswinning, hier een rol hebben gespeeld. “Dat proberen we middels onderzoek aantoonbaar te maken, zodat wij aanspraak kunnen maken op het schadefonds.”

Geen instortingsgevaar

Van acuut instortingsgevaar is volgens de monumentenman echter geen sprake. “Nee, het gebouw kan nog wel tien jaar mee, schat ik zo. In de tussentijd houden we de boel scherp in de gaten. En met ons vele Emmenaren. Want hoeveel ogen zien wel dagelijks de Grote Kerk niet?”

(De verwijderde wijzers)