Sjoukje, Napoleon en Anna ingezet voor onderhoud van de Katshaarschans bij Coevorden

Sjoukje, Napoleon en Anna op de Katshaarschans. Foto: Marco Borkes en Wibbina van Ginkel

Natuur zoals het bedoeld is: De Schaapskudde van Benneveld

De Katshaarschans bij Coevorden heeft nieuwe bewoners. Vijftien schapen van de schaapskudde van Benneveld grazen voortaan op dit historische terrein. Het gaat om een samenwerking van de schaapskudde, Staatsbosbeheer en Het Drentse Landschap. De Drentse heideschapen zijn licht van gewicht zodat ze het rijksmonument niet beschadigen. Op deze manier hoeven er geen mensen of machines aan te pas te komen om het historische natuurgebied te onderhouden.

“Het is het nieuwe natuurbeheer. Het Drentse Landschap en Natuurmonumenten hebben veel verstand van de gebieden die zij onderhouden, maar dieren hebben andere aandacht nodig. Daarom gaan ze samenwerkingen aan met partijen zoals wij”, vertelt Marco Borkes, samen met zijn vriendin Wibbina van Ginkel de oprichter van de Stichting Schaapskudde van Benneveld.

Inmiddels is dit het derde stuk grond waar de schapen van deze stichting voor zorgen. Het eerste gebied was De Palms in Meppen, het tweede gebied het Dalerveense Veen en nu de Katshaarschans bij Coevorden. In totaal zorgen ruim 130 Drentse heideschapen ervoor dat 110 hectare aan land wordt beheerd.

(Tekst gaat verder onder de video)

Het zijn net mensen

“Waar we wel in sturen, is de hoeveelheid schapen. Tijdens een nat jaar zoals nu, kunnen de schapen er soms niet tegen grazen. Dan plaatsen we er meer bij”, legt Borkes uit. Al is dat niet zomaar even gedaan. Er wordt zorgvuldig uitgezocht hoe de groep onderling functioneert en welke karakters bij elkaar passen. Borkes: “Dat doen we, zodat de groep iets aan elkaar heeft en op elkaar kan vertrouwen in moeilijke tijden. Het zijn net mensen wat dat betreft, niet iedereen kan met elkaar opschieten.“

Daarnaast is het niet zomaar een groep schapen. Alle schapen in de kudde zijn namelijk familie van elkaar. Twintig jaar geleden verhuisden Borkes en Van Ginkel vanuit Arnhem naar Benneveld om dichtbij de natuur te kunnen leven. Daar namen zij drie Drentse heideschapen om hun stuk grond naast het huis te begrazen. Met deze drie ooien zijn zij begonnen met fokken, wat uiteindelijk heeft geleid tot de complete schaapskudde van ruim 130 dieren.

Stichting Schaapskudde van Benneveld

Borkes en Van Ginkel leerden steeds meer over het Drentse heideschaap en waren zo geboeid, dat zij de Stichting Kudde van Benneveld oprichten. De Stichting is bedoeld om informatie te geven over het Drentse heideschaap en het nut dat zij hebben voor de natuur.

“In de hoogtijdagen rond 1800 heeft Napoleon het aantal schapen in Drenthe laten tellen en dat waren er 500.000”, lepelt Borkes een van de vele weetjes op. De mest van de dieren werd gebruikt om de zandgronden vruchtbaar te maken en voedsel te produceren. Na de komst van kunstmest verloor het dier zijn nut voor de mens en verdween steeds meer naar de achtergrond. Tot er eind jaren tachtig een groep in Ruinen opstond voor het behoud van het Drentse heideschaap. “Anders was het dier nu misschien wel uitgestorven. Terwijl alle schapensoorten uit Europa afstammen van het Drentse heideschaap! Dus wij helpen op onze wijze graag mee aan het behoud van dier en natuur.”

Sjoukje en Napoleon

Om de schapen in onderhoud te kunnen voorzien, kunnen er bij de stichting voor 25 euro per jaar schapen geadopteerd worden en mag iedereen zijn schaap een naam geven. Dat is de reden waarom Borkes regelmatig SJOUKJE! NAPOLEON! of ANNA! roept wanneer hij in de avond door Katshaarschans wandelt om te controleren of alles goed gaat. Borkes: “De schapen zorgen er op die manier zelf voor dat er geld in de pot komt.”