Voormalige cafés Mascot en Stijl worden woningen: nooit meer piekuur met vleugje Strauss 

Willem en Rolanda in hun horecacentrum aan de Rietplas (rechts) en dertig jaar eerder in De Mascot. Foto: ZO!34/Rien Kort/Archief familie Dijkhuizen

De Mascot en De Stijl aan de Hoofdstraat behoorden tussen 1978 en 2004 tot de bekendste uitgaansgelegenheden van Emmen. Nadat uitbater Willem Dijkhuizen stopte, kwam de ene na de andere ondernemer.

Geen een hield het echter lang vol. Dit jaar komt er definitief een einde aan de bekende passage als uitgaansspot: de twee inmiddels leegstaande zaken worden verbouwd tot vier huurwoningen. Tegen het einde van het jaar worden ze opgeleverd. Reden om met Dijkhuizen nog een keer terug te blikken op de gloriejaren.

600 koppen koffie

Dijkhuizen nam De Mascot in 1978 over van de familie Vinke. “Het was toen niet meer dan een koffiebar en een ijssalon. Later hebben we er nog een petit restaurant van gemaakt.” De zaak liep als een trein. “Uiteraard hadden we veel aanloop, vooral dankzij de nabijheid van de dierentuin. Sommige ochtenden joegen we er wel 600 koppen koffie door.”

Negen jaar later voegt Dijkhuizen het deel wat later het keldertje zou worden toe aan zijn zaak. “In die jaren maakten wij de overstap naar een allround horecazaak en begonnen we alcohol te schenken. Al die bouwvakkers die bij ons over de vloer kwamen, wensten ook een biertje bij hun friet. Dus toen hebben we de vergunning maar aangevraagd.”

Piekuurtje

Midden jaren tachtig besluit Dijkhuizen zijn eigen zaak uit te breiden door het onderliggende keldertje er bij aan te trekken. “Die ruimte gebruikte ik aanvankelijk als ruimte voor kleine feestjes. Met die zestig vierkante meter kon je ook niet veel meer.” Maar het werd een geliefd plekje. “Een stamgast riep dat hij zaterdag weer terug wou komen. Hij zou honderd man meenemen. Als je dat lukt, las ik een piekuurtje in, beloofde ik.”

Het beruchte piekuurtje (pilsje voor een gulden) groeide uit tot een bekend fenomeen in uitgaand Emmen. Als vaste ingeleide draaide Dijkhuizen altijd een stukje Strauss om de stappers er op te wijzen dat het weer zo ver was. “Het bier was niet aan te dragen”, lacht hij. “Na Strauss vlogen de bestellingen ons om de oren. Tien bier! Twintig bier! Dertig bier!” Waarop volle glazen gerstenat op dienbladen als vliegende schotels over de hoofden van het uitgaanspubliek zoefden. Was het de ruimte of het piekuur, wat het keldertje zo ongekend populair maakten? Volgens Dijkhuizen is het antwoord heel simpel. “De gemoedelijkheid, denk ik.”

De Stijl

In 1990 breidt Dijkhuizen andermaal de zaak uit met de aankoop van het aangrenzende pand waar elektronicazaak Crescendo in heeft gezeten. Deze doopt hij om in De Stijl: een cafe opgetrokken in -vanzelfsprekend- de stijl van de jaren dertig. Inclusief meterslange stamtafel en klassiek biljart uit die nog uit die periode stamt.

Onder middelbare scholieren groeien de horecazaak uit tot ware hotspots. Elke vrijdagmiddag staan de fietsen bijkans opgestapeld voor de passage. “Spijbelen kwam meer dan eens voor. Maar daar werd soms heel leuk mee omgegaan. Op een dag kwam een leraar van de Statenschool hier binnen, op zoek naar enkele vermiste leerlingen. Die hij hier natuurlijk aantrof. Zo jongens, zitten jullie hier? Willem, doe maar twaalf koppen koffie. Ik geef hier wel les.”

Musketiersgevoel

In 2004 verkoopt hij beide zaken en legt hij zich samen met zijn vrouw Rolanda zich toe op het runnen van Horecacentrum Rietplas in de Rietlanden. Bij zijn opvolgers is hij wel eens een paar keer binnengestapt, maar niet vaak. “Ik denk er nog wel eens aan terug, maar echt missen doe ik het niet, nee.”

Veel stamgasten vonden beide kroegen een vaste haven. Dat bracht een saamhorigheid met zich mee en hoe”, legt Rolanda uit. “Ik herinner me dat er ooit eens een leiding sprong op de Weiert en de zaak blank stond. Zijn we nog naar discotheek Big Fun gegaan om de hulp van onze stamgasten in te roepen. Ze hielpen allemaal de zaak schoon te maken.”

Willem herinnert zich in de barre winter van 1979 hoe hij iedereen meehielp van het plaatsen van de schrootjes aan de wanden. “Bam! In een uurtje zat alles er op.” Er zijn zelfs mensen getrouwd in De Mascot. “In een kroeg, nota bene”, lacht Rolanda. “Hoe vaak gebeurt dat?” Volgens haar heeft dat alles te maken met een musketiersgevoel dat rond de zaken hing. “Het was altijd allen voor een”, aldus Rolanda. Willem: “We wisten hoeveel klontjes suiker mensen in de koffie hadden en welk krantje ze het liefst aan de stamtafel lazen. Mensen voelden zich bij ons gewoon thuis.”