Voor Jo (81) en Mieke Zwart (80) nemen elke dag een beetje afscheid van hun bedrijf, het gelijknamige bloemencentrum in Barger-Oosterveld. Vanachter hun raam zien ze dagelijks hoe stukjes kas en bloemenperken langzaam maar zeker verdwijnen. In plaats van bloemen hebben ze straks uitzicht op buren: een lokale projectontwikkelaar laat er namelijk 19 woningen terugbouwen.
Daarmee valt na 110 jaar het doek voor het familiebedrijf. Het echtpaar heeft er vrede mee, maar een beetje pijn doet het toch. Er zaten aardig wat litertjes bloed, zweet en tranen in hun zaak. “Een leven lang”, mijmert Jo. “Bij elkaar hebben we er zestig jaar van ons leven ingestoken. Nou, doe dat maar na”, lacht hij.
Heide
Het eerste zaadje voor het bedrijf werd in 1909 gelegd door Harmannus, de opa van Jo. Van bloemen was er echter nog totaal geen sprake. “Harmannus was timmerman en trok vanuit Wildervank naar Barger-Oosterveld. Waarom weten we eigenlijk niet meer.”
Zwart kocht een lap grond van de familie Oevermans, een lap ontgonnen heidegrond. “Daarop verbouw hij groente, zoals aardappels en rabarber, die hij met de hondenkar naar de veiling in Nieuw-Amsterdam bracht. Op die manier verdiende hij een centje bij. Noodzakelijk, want een vetpot was het niet.”
De grond die de familie Zwart uiteindelijk op het toppunt in bezit kreeg, was niet bepaald een postzegeltje. “Dat reikte van de Oosterveldsestraat tot helemaal aan de plek waar nu de Boogie Bar staat.” Uit zijn huwelijk met Johanna van Agteren kwamen negen kinderen voort, waarvan Andre uiteindelijk het bedrijfje van zijn vader zou overnemen. Hoewel het aanvankelijk niet die kant op leek te gaan.
“Mijn vader had voor leraar gestudeerd en gaf als zodanig les in Emmer-Compascuum, Klazienaveen, Nieuw-Amsterdam en Erica.” Echt gelukkig was hij niet in die rol. Mieke: “De lol ging er langzaam maar zeker voor hem af.”
Door honger gedreven
Hij besloot daarom het bedrijf van zijn vader over te nemen. Want ook Andre was begiftigd met een groen hart. Als hij uit school kwam, dan verruilde hij onmiddellijk zijn pak om appel te tellen in de schuur. Hij begint echter wel in een moeilijke tijd. Jo, geboren in 1939, herinnert zich de beginjaren nog.
“De Tweede Wereldoorlog was uitgebroken en met enige regelmaat kwamen mensen uit het westen door honger gedreven naar het noorden om bij boeren hun kostje bij elkaar te scharrelen. Ook bij mijn vader. Hij zat met de handen in het haar, want ze kwamen soms met honderden tegelijk aan. Met lootjes trekken kregen we er een beetje systeem in.” Volgens Jo namen mensen alles mee. “Zelfs verlepte bosjes sla trokken ze uit de grond.”
Druiven en asperges
Na de oorlog is Zwart een van de eersten in Drenthe die luxe producten zoals druiven en asperges verbouwd. “Mijn vader, die gestudeerd had in Den Haag, zag daar al hoe populair die producten waren.Vooral in Emmen vonden ze gretig aftrek, want daar woonden toen vele hoge heren.”
Als paddenstoelen
Jo, die geboren is met groene vingers, is de derde generatie die het bedrijf overneemt. Opnieuw gaat het roer om: een jaar na zijn huwelijk met Mieke in 1963, besluit hij een bloemencentrum te beginnen op het terrein. “Mensen kregen in die tijd ruimte voor een tuin bij huis, waardoor bloemen en planten in zwang raakten. Daar zijn we toen mooi op ingesprongen.”
De glazen kassen schoten in die tijd als paddestoelen uit de grond. Broer Gerard begint op het aangrenzende terrein een tuincentrum, waardoor de familie Zwart van alle markten thuis is als het op groente, fruit en bloemen aankomt.
Economische crisis
Na bijna vijftig succesvolle jaren denken Jo en Mieke rond 2008 aan definitief stoppen. “We hikten tegen ons pensioen aan. Onze dochter Ellen wilde de zaak wel overnemen, maar alleen zag ze dat niet zitten.” Hun twee andere kinderen, zoons Huub en de bekende gitarist Jeff Zwart, hebben andere carrières gekozen.
Daarop gaat het echtpaar met een projectontwikkelaars om tafel om de verkoop van hun grond te bespreken.De eerste plannen stranden aanvankelijk door de economische crisis. Maar afgelopen december is de grond definitief overgegaan in handen van Hans Peter Vastgoed, die volgend jaar hoopt te starten met de bouw van zijn woonhofje.
Blijvende herinnering
In afwachting van de bouw hebben Jo en Mieke het bloemencentrum nog zo lang mogelijk doorgezet. Twee jaar geleden hebben ze de handdoek definitief in de ring gegooid. “Na onze gesprekken met Peter leek de boel zo goed als rond”, aldus Jo. “Dan ga je niet meer aanrommelen.”
Het echtpaar zegt een prachtige tijd gehad. Het bedrijf bloeide tot grote hoogte. Ondanks dat de opvolging uitbleef zijn alle kinderen goed terecht gekomen. Het is een leven op rozen geweest, vinden de twee.
Toch zal een klein deel van het oude bloemencentrum voort blijven bestaan. De oude, Engelse bloemenklok die altijd de ingang sierde, krijgt een plekje in het dorpscentrum. Als blijvende herinnering aan het familiebedrijf van Zwart.