Gemeente Emmen heeft weinig zicht op energietoezicht bij bedrijven

Foto: ZO!34 / Wiebe Veenstra

De gemeente Emmen weet onvoldoende hoe goed bedrijven zich houden aan de regels voor energiebesparing. Dat blijkt uit een kritisch rapport van de Rekenkamer Emmen (RKE). De RKE adviseert het college om binnen een half jaar duidelijke doelen te stellen en het toezicht te verbeteren.

Bedrijven die jaarlijks meer dan 50.000 kWh stroom of 25.000 m³ gas gebruiken, zijn wettelijk verplicht energiebesparende maatregelen te nemen die zich binnen vijf jaar terugverdienen. Ook moeten zij elke vier jaar rapporteren over hun inspanningen. De controle hierop wordt uitgevoerd door de Omgevingsdienst Drenthe, namens de gemeente.

Toezicht onvoldoende in beeld

Uit het rapport Weinig (toe)zicht op energiebesparing blijkt dat de gemeente nauwelijks inzicht heeft in de effectiviteit van het toezicht. “Het is niet duidelijk of de controles daadwerkelijk plaatsvinden, hoe het budget wordt besteed en wat de resultaten zijn,” schrijft de Rekenkamer.

De gemeente heeft zelf geen meetbare doelstellingen opgesteld en de gemeenteraad is nauwelijks betrokken bij de uitvoering. Slechts 15 procent van de bedrijven zegt energiemaatregelen te nemen onder druk van de overheid. Daarnaast is niet duidelijk hoeveel energie er in Emmen nog bespaard kan worden, terwijl dat op provinciaal niveau wél in kaart is gebracht.

Aanbevelingen van de Rekenkamer

De Rekenkamer adviseert het college om binnen zes maanden:

* Inzicht te geven in de afspraken met de Omgevingsdienst;
* De doelen, kosten en resultaten te benoemen;
* Eigen, meetbare doelstellingen vast te stellen voor energietoezicht.

Over drie jaar moet een vervolgonderzoek duidelijk maken of de verbeteringen effect hebben gehad. Het rapport is onderdeel van een breder landelijk onderzoek van de Vereniging van Rekenkamers, ondersteund door de Noordelijke en Algemene Rekenkamer.

Politiek kritisch op college

De gemeenteraad reageert kritisch op het rapport. De partijen maken zich zorgen over het behalen van de klimaatdoelstellingen en het gebrek aan regie.

De PvdA vraagt zich af of de aanbevelingen uit het rapport wel realistisch en haalbaar zijn. D66 geeft het college een vette onvoldoende en onderschrijft de conclusies uit het rapport. De VVD vreest juist dat bedrijven straks met te veel regels te maken krijgen. De SP noemt de bevindingen zorgelijk. Het CDA vindt de conclusies van de Rekenkamer schokkend en ondersteunt de aanbevelingen.

Wethouder Jan Bos erkent dat het beter moet en onderschrijft het rapport. Tegelijkertijd waarschuwt hij ervoor om niet te veel terug te kijken, maar juist vooruit. Volgens hem is zes maanden te kort om alle aanbevelingen uit te voeren. Per doelgebied moeten daarom eerst concrete doelstellingen worden geformuleerd.