De burgemeester van Emmen, Eric van Oosterhout, maakt zich sterk voor een taal die iedereen begrijpt. Niet alleen voor mensen die moeite hebben met lezen en schrijven. Een heldere tekst voorkomt verwarring, frustratie en problemen. De gemeente Emmen zet zich in om communicatie duidelijk en begrijpelijk te maken met campagnes en handige tools, zoals Tolkie.
De burgemeester vertelde in De Avond Van over het belang van teksten maken in een voor iedereen te begrijpen taal. Ook lichtte hij toe waarom dit niet alleen voor laaggeletterde mensen prettig is, maar juist voor iedereen.
Laaggeletterd betekent dat je - als volwassene - moeite hebt met lezen, schrijven en/of rekenen. Twaalf procent van de mensen in Emmen en Coevorden heeft moeite met lezen en schrijven en valt dus onder de noemer ‘laaggeletterd’. Wanneer je moeite hebt met lezen en schrijven, kan het lastig zijn om te maken te hebben met teksten en formulieren van de Nederlandse overheid. Dit geldt voor mensen die laaggeletterd zijn, mensen met een beperking of mensen die Nederlands niet als eerste taal spreken. Het niet begrijpen van informatie van de overheid, kan leiden tot fouten of misverstanden, maar zelfs tot financiële of andere problemen. Duidelijke en begrijpelijke taal is dus noodzakelijk.
Vanaf deze week lees je alle artikelen op de website van ZO!34 makkelijker. Je kan ze laten vertalen, voorlezen of laten samenvatten in een eenvoudigere taal met Tolkie. Dit hulpmiddel is bedoeld voor iedereen die het prettig vindt om in begrijpelijke taal te lezen. Ook Van Oosterhout geeft aan graag gebruik te willen gaan maken van Tolkie. Ondanks dat hij zelf Nederlands gestudeerd heeft, leest hij liever een wat eenvoudigere tekst, zonder moeilijke woorden. “Ik vind het helemaal niet fijn om een moeilijke tekst te lezen,” legt hij uit.
In de gemeente Emmen wordt al langere tijd aandacht besteed aan laaggeletterdheid. Zo doet Emmen ook mee de campagne Direct Duidelijk die in 2018 startte. Van Oosterhout legt uit: ”Dat is een landelijke campagne om ervoor te zorgen dat we als gemeenten, maar ook als provincies en het Rijk in een zo begrijpelijk mogelijke taal schrijven.” De gemeente let er hierbij op dat de teksten van de website en uit brieven in een voor iedereen te begrijpen taal geschreven zijn. “Hier trainen we onze ambtenaren ook op.”
Wanneer een inwoner van de gemeente Emmen toch een brief ontvangt, die voor hem of haar onduidelijk is, wordt door Van Oosterhout aangemoedigd om een brief terug te schrijven. “Schrijf rustig een terug, waarvan je zegt: burgemeester, kunt u deze brief even vertalen, want ik snap er geen jota van.” Zelf schrijft hij ook weleens een brief terug om een vertaling te krijgen, want ook hij ontvangt geregeld brieven die hij niet goed snapt.
Een ander hulpmiddel is het Taalpunt, dit is een plek waar mensen die moeite hebben met taal en/of digitale vaardigheden, terecht kunnen. Het Taalpunt van Emmen zit met name in de bibliotheken. “Hier trainen we veel mensen om beter te leren lezen en schrijven,” legt Van Oosterhout uit, “en dit werkt twee kanten op, want ze helpen ons ook weer om zo goed mogelijk in eenvoudige taal te schrijven.”
Bij de gemeente is een zogenaamde ‘taalheld’ aangenomen, om brieven te controleren die de gemeente verstuurt om te zien of de inhoud hiervan voor iedereen te begrijpen is. Deze ‘ervaringsdeskundige’ is iemand die ervaring heeft met ingewikkelde taal en weet goed welke woorden je wel en niet kunt gebruiken in een tekst.
De burgemeester is zelf al een jaar of dertig, veertig bezig met dit onderwerp en probeert actief moeilijke taal te voorkomen. Maar niet alle ambtenaren doen dit, denkt Van Oosterhout: “Niet iedereen heeft door hoe ingewikkeld de taal is, die ze soms gebruiken.” Hier moeten mensen op blijven letten, elkaar op blijven wijzen. “We moeten het met elkaar een beetje beter doen,” besluit Van Oosterhout.