De gemeenteraad van Emmen discussieerde maandagavond in de commissie Wonen en Ruimte over een discussiestuk over sociale huurwoningen, ingediend door de fracties van 50PLUS, GroenLinks, D66 en SP. Deze partijen roepen de raad op tot actie.
De druk op de sociale woningmarkt in de gemeente Emmen blijft onverminderd hoog. Hoewel de gemeente streeft naar een woningvoorraad waarin 30% bestaat uit sociale huur, blijft het huidige aandeel steken op 28%. In de praktijk ligt dit percentage zelfs lager: van de tussen 2020 en 2023 gerealiseerde nieuwbouwwoningen was slechts 11% sociale huur.
In november 2024 nam de raad al een motie aan waarin werd uitgesproken dat Emmen daadwerkelijk naar 30% sociale huur moet toewerken. Toch blijkt uit recente cijfers dat dit doel voorlopig buiten bereik blijft. Van de geplande woningbouw tot 2030 bestaat slechts 20% van de netto te realiseren woningen uit sociale huur, zo blijkt uit cijfers van de gemeentelijke woningbouwmonitor.
In de discussienota stellen de indienende fracties dat woningcorporaties onvoldoende middelen en ruimte hebben om het tekort aan te pakken. Tegelijkertijd groeit de vraag naar betaalbare woningen voor mensen met een laag inkomen. “Er is dringend behoefte aan een gemeentelijke visie én concrete maatregelen,” aldus de indieners.
Mogelijke oplossingsrichtingen die worden aangedragen zijn: het splitsen van bestaande woningen, het stimuleren van woningcorporaties om kleinere of gedeelde woonvormen te realiseren, en het bieden van meer financiële en beleidsmatige ondersteuning vanuit de gemeente. Ook pleiten de fracties voor een langetermijnvisie waarin sociale huur structureel wordt verankerd in het woonbeleid van Emmen.
Niet alle partijen in de raad willen zich vastleggen op de 30%-norm. Zo denkt Wakker Emmen dat de situatie in de toekomst kan veranderen en dat 30% dan te veel of juist te weinig kan zijn. Het CDA en de VVD vinden dat woningcorporaties moeten bouwen naar behoefte en pleiten voor meer ruimte voor de markt. De ChristenUnie stelde voor om een heffing op leegstaande panden te overwegen.
Onderzoek als basis
Wethouder Albert-JanJakobs (Wonen) gaf aan dat er in het najaar van 2025 een woningmarktonderzoek wordt uitgevoerd. “Meten is weten”, aldus Jakobs, die benadrukte dat het beleid gebaseerd moet worden op de werkelijke behoefte, die moet blijken uit het onderzoek.